ONZE JONGSTE EN MISSCHIEN WEL MEEST WIJZE DEELNEMER VAN ALLEMAAL....
Er was eens een jongetje van drie jaar, Enak, dat op een zondag met zijn mama en papa naar de opera ging. De Toverfluit van Mozart. Hij had daarvoor een echt kostuum aangetrokken. Erg spannend allemaal.

Van zodra de voorstelling begon zat hij op het puntje van zijn stoel te kijken naar het spektakel. Maar het was niet in de eerste plaats het sprookjesachtige verhaal dat zijn aandacht trok. Ook niet de slang, de vogelvanger, de Koningin van de Nacht of prinses Tamina. Zijn blik gleed voortdurend naast het podium, naar een man in het orkest die trombone speelde. Vanaf die dag wist Enak dat hij trombonist wilde worden.


Om al een beetje een blaasinstrument te leren bespelen kreeg hij mama’s prachtige oude blokfluit versierd met ivoren ringetjes. Zij leerde hem de eerste noten spelen. Op zijn vijfde ging hij les volgen in de muziekacademie. Beetje  bij beetje begon hij meer te houden van de houtklank van de blokfluit dan de koperen klank van de trombone. Op zijn zesde wist Enak het zeker: hij zou de beste blokfluitist van de hele wereld worden! 




Leave a Reply.